J.R.R. Tolkien is de populairste en bestverkochte fantasyschrijver ooit. Harde cijfers zijn er niet, maar zelfs als je de aantallen conservatief inschat, kom je uit op een slordige 500 miljoen verkochte exemplaren van ‘The Lord of the Rings’, ‘The Hobbit’, sprookjes, nagelaten vertellingen en de door zijn zoon Christopher geredigeerde en samengestelde boeken.
(En voor wie het zich afvraagt: op de eerste en tweede plek staan respectievelijk William Shakespeare en Agatha Christie, die ieder zo schommelen tussen de twee en vier miljard verkochte boeken – en dan laat ik de Bijbel buiten beschouwing).
Natuurlijk heb ik ‘In de ban van de ring’ gelezen (dat in 1956 voor het eerst in het Nederlands verscheen), maar om eerlijk te zijn, is dat alweer een hele tijd geleden. Ik heb het een jaar of wat geleden een keer geprobeerd met een luisterboek – voorgelezen door de fantastische Jan Meng – en hoewel dat erg aangenaam was, schoot het niet echt op door al die uitvoerige beschrijvingen van het landschap en alle genuttigde maaltijden, om nog maar te zwijgen over Hobbits die spontaan in gezang uitbarstten.
Welke variant van deze fantasyklassieker zou ik gaan lezen?
Hoog tijd dus om het daadwerkelijke boek er na al die jaren weer eens bij te pakken. Dat is echter makkelijk gezegd dan gedaan, want welke variant van deze fantasyklassieker zou ik gaan lezen? De afgelopen decennia zijn er namelijk tientallen uitgaven verschenen in het Nederlands.
In de jaren tachtig las ik de witte Spectrum-edities, die later op mijn boekenplank gezelschap kregen van de Prisma-pockets uit de jaren zeventig (met de kenmerkende omslagtekeningen van Cor Blok). Een paar verhuizingen later hadden deze plaatsgemaakt voor de filmedities en een kloeke hardcover met de drie delen in één band, die later weer werden vervangen door een nóg mooiere editie – die ik prompt tijdens mijn laatste verhuizing uit het oog verloor.




Toen de winkels onlangs weer opengingen kocht ik een fraaie Tolkien-uitgave en zette ik me vol goede moed aan het lezen. Na een paar pagina’s begon het toch te knagen. Zo’n loodzwaar en lijvig boek – hoe mooi ingebonden ook – leest niet per se heel prettig. In een tweedehandsboekenwinkeltje stuitte ik op een compacte ‘In de ban van de ring’-uitgave, in 1980 uitgegeven door Het Spectrum, inclusief de karakteristieke groene stofomslag en een leeslint. Dit was weliswaar niet de laatste versie (Max Schuchart bleef tot aan zijn dood aan zijn vertaling sleutelen), maar deze dundrukuitgave (lees: met bijbelpapier) lag bijzonder lekker in de hand en dat is ook wat waard.
Deze uitgave lag bijzonder lekker in de hand en dat is ook wat waard.
Ik ben alleen bang dat het nog wel even zal duren voordat ik de laatste van de bijna 1300 pagina’s omsla – ik probeer elke avond wat te lezen, maar ik sukkel steevast na een paar pagina’s in slaap. Gelukkig weet ik dat het verhaaltempo in deel 2 en 3 flink wordt opgevoerd, want vooralsnog is ‘In de ban van de ring’ vooral een prima slaapmutsje…